T-boerderij 0000.0011

 

 Literatuur

 

- Stenvert, Ronald & Chris Kolman & Sabine Broekhoven & Ben Olde Meierink, Gelderland. Deel in de serie 'Monumenten in Nederland', nr 5. Zeist (Rijksdienst voor de Monumentenzorg), Zwolle (Waanders), 2000cop. [412 blz. ISBN 90.400.9406.3]. Hierin onder "Boerderijen": blz. 44 ("Wanneer het woongedeelte aan één zijde dwars is uitgebouwd, dan spreekt men van een krukhuisboerderij. Het uitgebouwde gedeelte, dat zich doorgaans aan de noordkant bevindt, bevat de melkkelder en daarboven de opkamer. Een enkele keer herbergt deze opkamer een herenkamer. Voorbeelden hiervan zijn de boerderij Brouwershofstad te Winssen en De Adelaar te Voorst, beide met een in- en uitgezwenkte topgevel. Door het bijbouwen van een tweede uitbouw, die doorgaans de pronkkamer bevatte, ontstond een T-boerderij, of liever hallenhuisboerderij met dwars voorhuis. De zolder van een dergelijk voorhuis werd over het algemeen bij de bedrijfsruimte getrokken zodat de opslagcapaciteit werd vergroot. Hier werd het gedorste graan opgeslagen. De recent afgebrande boerderij Blankertsweg 8 te Meteren was hier een goed voorbeeld van. Een minder sprekend voorbeeld is De Clef te Ewijk [blz. 173: voorhuis 17e eeuw - jp]. Al aan het eind van de 19de eeuw [sic!] ontstonden in het rivierengebied en langs de IJssel dwarse voorhuizen. Een goed voorbeeld is Rijnbandijk 69 te Opheusden. Op de Veluwe en in de Achterhoek ontstonden dwarse voorhuizen pas vanaf het midden van de 19de eeuw bij de imposante scholteboerderijen zoals Huize Meenk te Miste bij Winterswijk." - dit is de volledige tekst)

- Blekkenhorst, Tom, Behoud het beeld. Leidraad voor herbestemming van agrarische gebouwen. Z.pl. (Federatie Stichts Cultureel Erfgoed & PUWC), z.j. [60 blz. ISBN 90.802464.2.5]. Hierin "Krukhuis en T-huis": blz. 32-33